Op een kwart van de bassischolen worden online naaktfoto’s verspreid onder leerlingen. Zorgwekkende cijfers, vindt het Rotterdamse raadslid Mohamed-Hoesein van Denk, die onderwijswethouder Kasmi gevraagd heeft informatie te verschaffen over online shaming en hem adviseert lokaal maatregelen maatregelingen te nemen, ondanks de wetenschap dat het initiatief eigenlijk door Den Haag genomen zou moeten worden.  

De verspreiding vindt plaats via kanalen als WhatsApp, Instagram en TikTok. Dat blijkt uit het onderzoek van het KRO-NCRV-programma Pointer en DUO Onderwijsonderzoek en Advies. Het onderzoek is uitgevoerd door middel van een enquête die verspreid werd onder 595 onderwijsmedewerkers. Deze onderwijsmedewerkers bestaan uit 410 leerkrachten en 185 zorgcoördinatoren waar leerlingen terecht kunnen in het geval van online shaming.

‘’Online shaming is een vorm van pesten, met mogelijk grote nadelige gevolgen voor leerlingen. Online shaming kan leiden tot psychologische en emotionele schade’’, aldus Mohamed-Hoesein, die in haar brief aan Kasmi het voorbeeld noemt van Isa IJperlaar, die – toen ze 13 jaar was - te maken kreeg met deze vorm van pesterij. ‘’Het drukt nog steeds een grote stempel op haar leven, ondanks dat het 10 jaar geleden is gebeurd. Er is hierdoor veel wantrouwen jegens andere mensen.’’

‘’Scholen zijn niet verplicht om les te geven over online shaming. Het is is niet opgenomen in het curriculum. Het wettelijk verankeren van mediawijsheid op scholen is iets wat landelijk geregeld moet worden. Maar’’, vindt Mohamed-Hoesein, ‘’er zou met lokale maatregelen een begin mee gemaakt moeten worden. Volgens mediapedagoog Jacqueline Kleijer zijn veel ouders zich niet bewust van het gedrag van kinderen, in combinatie met sociale media. Veel kinderen zitten op apps waar ze nog veel te jong voor zijn. Op apps zoals bijvoorbeeld TikTok kunnen kinderen dingen zien waar ze emotioneel nog niet helemaal klaar voor zijn.’’