Woonstad Rotterdam, Havensteder, Woonbron en Vestia hebben een rechtszaak tegen Dagblad010-publisher Kees Jonker verloren. Tevergeefs deden de vier woningcorporaties een poging om te voorkomen dat door hen ingediende aanvragen voor de - voluit - Regeling Vermindering Verhuurderheffing openbaar worden gemaakt.

De Rotterdamse rechtbank besliste deze week dat het van december 2019 daterende besluit van minister Stef Blok van Economische Zaken om de door Jonker ter inzage gevraagde stukken openbaar te maken stand kan houden. Tegen dit besluit hadden de 'grote vier' beroep aangetekend. Maar dat beroep is ongegrond verklaard.

De corporaties hebben nu nog zes weken de tijd om bekend te maken of zij het vonnis van de rechtbank willen aanvechten bij de Raad van State. Zien zij hiervan af, dan worden RVV-aanvragen die Woonstad Rotterdam, Havensteder, Woonbron en Vestia in 2018 indienden bij de Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland definitief openbaar gemaakt.

Jonker moet er rekening mee houden dat hij dan een hele dikke stapel papier in de bus krijgt. (Hoewel zijn voorkeur ernaar uitgaat dat hij de openbaar te maken informatie gemaild krijgt).

Voor bewoners van sociale huurwoningen is het vonnis van de rechtbank Rotterdam niet ongunstig. Het komt erop neer dat zij bij de minister informatie kunnen opvragen - en krijgen! - over RVV-aanvragen, die door hun verhuurder zijn gedaan.

De door Jonker opgevraagde - en begin 2022 wellicht dus openbare - aanvragen hadden betrekkking op de RVV, die van toepassing was in de eerste helft van 2018. Corporaties konden toen vermindering van de verhuurderheffing aanvragen voor onder meer sloop, renovatie en nieuwbouw van woningen.

Per woning konden 'sloopsubsidies' van 25.000 euro worden binnengesleept. Vestia deed dat op grote schaal, voor 535 woningen in de Tweebosbuurt.