De Rotterdammer Stephan Leewis hoopt als raadslid in Rotterdam de oplossing te hebben voor de tegenstrijdige meningen over het uiterlijk van windmolens in het landschap. Hij pleit voor windmolens die zich richten op wind in de lagere luchtlagen. Zelfs op de hoeveelheid windenergie op windlagen tussen 500 meter en 2000 meter. De gemeente Rotterdam is met zijn onderzoeksvoorstel akkoord.
De windmolens die voor de lagere luchtlagen gebruikt moeten worden vallen vaak ook weinig op in het landschap omdat ze gebruik maken van een vliegerachtige constructie, aldus Leewis. ‘’Deze techniek is hierdoor een goede toevoeging om duurzame energie op te wekken in Rotterdam’’, die ook de linkse oppositiepartijen achter zich kreeg.
Leewis: ‘Er zijn wereldwijd al meer dan 100 projecten waarbij windkracht uit hogere windlagen wordt gebruikt. Ik verwacht dan ook dat het in Rotterdam zeer succesvol zal zijn.’’
Het gaat Leewis niet helemaal alleen om het uiterlijk van de windmolens. De echte achterliggende gedachte is groter: hij wil met deze vernieuwende techniek de achterstand bij de energiedoelstellingen inhalen.
De fracties van Leefbaar Rotterdam, PVV, VVD en Denk zijn tegen dit soort nieuwe experimenten, maar verloren de slag om het onderzoek omdat de coalitie (waarin de VVD zit) steun kreeg van de SP, de Partij voor de Dieren en Nida. Dat zijn ook vijf stemmen.