Dat basisscholen een week voor de kerstvakantie de deuren moeten sluiten, is volgens demissionair onderwijsminister Arie Slob "een bittere pil". In een coronadebat zegt hij dat de keuze onvermijdelijk was vanwege de opmars van de besmettelijkere omikronvariant. Maar de oppositie is kritisch: partijen als de PvdA en GroenLinks vinden het besluit te laat en vroegen de minister of er geen alternatieven waren.
Het Outbreak Management Team (OMT) adviseerde de maatregel al meerdere keren. De kerstvakantie zou vlak voor Kerstmis beginnen. De angst bestond dat leerlingen op school besmet raakten en tijdens het kerstbezoek bijvoorbeeld hun grootouders zouden aansteken.
Slob noemt het besluit een "dilemma". Het kabinet wilde scholen zo lang mogelijk openhouden en dus eerst de effecten van eerdere coronapakketten afwachten. Aan de andere kant kon het kabinet uiteindelijk niet langer wachten met het besluit. Volgens Slob was het overleg in het kabinet "een van de zwaarste gesprekken" die hij tijdens de hele coronacrisis voerde.
PvdA-Kamerlid Attje Kuiken vindt dat Slob zich passief opstelt, alsof hij een "buitenstaander" is in het kabinet en niet zelf betrokken is bij het maken van beleid. Ze vindt dat Slob voor andere maatregelen had moeten pleiten, zodat het eerder sluiten van basisscholen niet nodig zou zijn. Eerder in het debat zei ook Kamerlid Lisa Westerveld (GroenLinks) dat de sluiting voorkomen had kunnen worden, als er eerder was ingegrepen.
Ook coalitiepartijen zijn niet gelukkig met de besluitvorming. VVD-Kamerlid Aukje de Vries had liever gezien dat het kabinet eerder tot een beslissing was gekomen. Nu zit er nog geen week tussen de besluitvorming en de schoolsluiting. "Ik vind het heel veel vragen van onderwijs en ouders om flexibiliteit op te brengen." Ze mist zelfreflectie bij Slob over het late besluit. Ook Joba van den Berg (CDA) zegt "moeite" te hebben met de maatregel.
Door: ANP