Twee anekdotes bleven de afgelopen dagen bij me hangen.
De correspondent die gewend was globetrotter te zijn en nooit ergens echt langere tijd landde. Hij moest in korte tijd een keuze maken waar hij in quarantaine zou gaan. De krant bood hem de optie om naar zijn vaderland terug te keren, maar hij koos ervoor om ‘thuis’ te definiëren als de plek waar zijn dochtertje is: Zuid Afrika.
De Poolse dagloner die goed wist waar hij heen moest toen hij een quarantaine plek zocht: hij ging naar huis, naar Polen, daar is hij thuis. Hij voegde eraan toe dat hij niks mist van zijn ‘leven’ in Nederland. Hij is Pool en wil in Polen een gezin stichten, zich definitief vestigen. Zijn wortels bepalen zijn plek op aarde.
Vóór Corona was de wereld een 'global village'. Miljoenen globetrotters enerzijds en miljoenen vluchtelingen anderzijds. De globetrotters grijpen de kansen van de grenzeloze wereld maximaal. De vluchtelingen kunnen niet anders. Ze worden van huis en haard verdreven door oorlog, vervolging of te weinig middelen voor een menswaardig bestaan.
Het is algemeen bekend dat het voor jonge kinderen in de allereerste plaats van belang is dat ze zich geborgen voelen. Dat er van hen gehouden wordt, dat ze zich veilig voelen, dat ze de omgeving kennen. Vanuit geborgenheid kan een mens groeien tot een zelfstandig en verantwoordelijk individu. En niet te vergeten: vanuit bekendheid met ‘de ander’, je naaste, ben je het meest bereid tot het opbrengen van barmhartigheid, solidariteit, iets over hebben voor elkaar.
Vanuit een kleine wereld ontstaat dus een samenleving en die samenleving is zo sterk als de zwakste schakel. Kunnen we een samenleving bouwen met zoveel mogelijk zelfstandige en verantwoordelijke individuen dan wordt die samenleving sterk.
Maar wat is geborgenheid, dichtbij en na aan het hart in een grenzeloze wereld?
Nu is onze wereld noodgedwongen ineens klein en dichtbij. De kern is ons thuis. De omgeving is de straat, buurt, wijk. We leven in een wereld die is stilgevallen. Waar nauwelijks nog vliegtuigen vliegen, waar OV-vervoer met een enkele reiziger rondjes blijft rijden, waar de tank van de auto vol blijft. Een wereld waar de haast en gejaagdheid grotendeels uit verdwenen is.
Tijd om letterlijk stil te staan bij de wereld zoals die was en kan worden.
Ik krijg steeds meer begrip voor mensen die er in een grenzeloze wereld voor kiezen om op de plek waar ze geworteld zijn te blijven. Ik snap wel iets van ideeën over een basisinkomen, zodat de middelpuntvliedende kracht van het geld mensen niet uit hun huizen jaagt. Het raakt me diep dat we hele volkeren op de vlucht zien, van huis en haard verlaten, omdat ze geen keuze hebben.
Ik hoop op een herontdekking van dat wat dichtbij is, een herwaardering voor je naaste, een herdefinitie van solidariteit. Omdat we merken dat we het samen moeten doen, ieder vanuit zijn eigen plek op de wereld. Omdat we zien dat een samenleving niets waard is als die bestaat uit losse en vluchtige individuen. En voor die mensen die niet anders kunnen en die moeten vluchten moeten we een vanzelfsprekende en menslievende veilige haven zijn.
Ik ga zo maar weer eens naar de groenteboer, die mijn naam kent en ik de zijne. Hij komt trouwens uit Turkije en ik uit Limburg. Groeten uit Schiebroek.