Vrienden van mij denken dat Formule 1 iets met sport te maken heeft. Een stuk of twintig mannen die in snelle auto’s rondjes rijden. En daar dan een paar uur op de bank naar zitten kijken. Wat moet je een slecht huwelijk hebben als je op die manier je zondagmiddag besteedt.
Autosport is een verkeerd woord. Het moet gewoon Autorijden zijn. Niets heeft het met sport te maken. O zeker, de chauffeurs moeten een goede conditie hebben. Maar dat moeten schakers, darters en biljarters ook, anders houden ze het niet zo lang vol. Zo hard mogelijk in een futuristisch voertuig rijden doe je ook niet in clubverband. Kun je als jongen of meisje ook niet op jonge leeftijd leren. Het is dus geen sport. Maar een behendigheid. En nog een gevaarlijke ook. Er doet ook maar een handvol mensen aan mee. Wereldwijd. Naar de Vierdaagse kijken is spannender.
Toch heb ik zondag even gekeken. Dat wil zeggen, naar het knielen vooraf. Knielen als eerbetoon aan zwarte mensen. Ene Lewis Hamilton had dat georganiseerd. Hij is een Engelse coureur met een licht getinte huid. Zijn auto was zilverkleurig, maar hij eiste van meneer Mercedes dat die zwart gespoten werd. Hamilton droeg ook een Black Lives Matter-shirt. Op zijn Instagram-account riep de politiekactivist zijn miljoenen volgers op om standbeelden van racisten omver te trekken.
Ex-voetballer Edgar Davids liet door de NRC optekenen die laatste actie van Hamilton – “die ik persoonlijk ken”, aldus de voormalige pitbull – fantastisch te vinden. Davids kreeg ooit ruzie met Johan Cruijff. Die zei in 2011 dat de enige reden dat Davids commissaris van Ajax werd, zijn huidskleur was. Dat was geen beschuldiging, laat staan een uiting van racisme. Ajax wilde de Raad van Commissarissen meer een afspiegeling laten zijn van de club. En dus hoorde daar een donker iemand in, bij voorkeur een clubicoon. Zoals Edgar Davids. Niets mis mee. Maar met de opmerking van Cruijff ook niet.
In die destijds voor veel ophef zorgende clash zit de kern van het probleem. Mensen die zich achtergesteld of uitgesloten voelen, willen worden erkend. Of, zoals Davids het in hetzelfde NRC-artikel zegt: mensen die respect eisen. Nu is dat weer een geheel andere discussie. Respect verdien je als je zestig uur per week in de zorg werkt. Bejaarden of gehandicapten een beter leven probeert te geven. Je met hart en ziel inzet voor de maatschappij. Respect verdien je niet omdat je alleen maar een andere huidskleur hebt. Maar daar zal Edgar anders over denken. En met hem waarschijnlijk ook de andere leden van het adviescollege dat de discussie in onze samenleving over het slavernijverleden moet gaan aanzwengelen. Op verzoek van deugminister Kajsa Ollongren. Uiteraard.
Overigens is de conduitestaat van Edgar Davids nogal divers. Hij voetbalde van 1991 tot 2014 een kleine 600 officiële wedstrijden in het internationale profvoetbal, en ook nog 74 interlands. Hij was een dankbaar onderwerp voor de media. Van kabel tot nandrolon en van Street Legends tot mishandeling van zijn vriendin, er viel over hem altijd wel wat te schrijven. En, niet-onbelangrijk, hij is een goede vriend van Alexander, de zoon van George Soros. Deze globalistische miljardair maakte recentelijk 33 miljoen dollar over naar de organisatie van Black Lives Matter.
En Max Verstappen? Hij is sinds zondag mijn held. Niet dat ik voortaan naar Formule 1 ga kijken. Tenzij ik problemen heb om in slaap te komen. Maar Max behoorde tot het kleine groepje coureurs dat niet wenste te knielen voor BLM. Op sociale media liet Max weten zich niets te laten voorschrijven. Hij bepaalt zelf wel hoe hij in het leven staat. Dat zouden meer mensen moeten doen.