Zaterdag 11.33 - Storm op de zacht schommelende Erasmusbrug: Een schitterend gezicht. Grauwe lucht, schuimkopjes op het water, tegen de golven beukende watertaxi’s, zwoegende binnenvaartschepen en een silhouet waar je nooit genoeg van kunt krijgen.
Maar het mooiste waren toch eigenlijk de mensen met de gele hesjes voor en achter me die met moeite de storm trotseerden. Het gele spandoek met daarop de tekst “stem ze 20 maart weg” kon op de brug niet uitgerold worden door de harde wind. Aan het begin en het einde (voor mij is dat Zuid) van de brug werd het getoond. Leuk ook de reacties van automobilisten, die soms toeterend en zwaaiend voorbij reden.
Ik ben dus toch maar een keer mee gaan lopen met die doorzetters, die besloten hebben iets te doen met hun ongenoegen. Misschien, omdat ik vind - net als opvallend veel medestanders - dat lijdzaam toezien niets helpt. Soms moet je gewoon zeggen basta; het is een in onze ogen goed doel dus nu handelen. Wij weten daar bij Leefbaar Rotterdam alles van. Geen woorden maar daden toch? Rotterdams bekendste cliché. Om duidelijk te maken, dat het geen bijeenkomst van mijn partij is, ben ik heel bewust niet op de foto gegaan en heb ik een verzoekje om commentaar vriendelijk afgewezen. Puur alleen iets voor je zelf doen en daarmee anderen een hart onder de riem steken.
Ooit is in de voormalige DDR een volksbeweging uitgegroeid tot een revolutionaire massa, die Wir sind dass Volk riep om duidelijk te maken, dat niet over hen maar met hen beslist moest worden.
Een andere reden om mee te lopen is misschien dat het onder ons zijn met gelijkgestemden een plezierig gevoel geeft. Even niet op je woorden letten, even niet op eieren lopen, even van je hart geen moordkuil maken en even merken dat je er niet alleen voor staat.
De aanwezige politie en de mannen van handhaving gaven duidelijk de indruk het begeleiden van de “Gele Hesjes” geen al te zware taak te vinden. Gezellig kletsend liepen ze mee en stopten het verkeer toen we overstaken.
Dat kletsen werd soms wel een beetje moeilijk, omdat het lied: Vijftien Miljoen mensen (het zijn er ondertussen ruim zeventien miljoen) via een megafoon over de brug schalde. Het meezingen heb ik maar niet gedaan, omdat ik een zangstem heb om een paard op hol te laten slaan werd mij als aankomend onderwijzer al fijntjes uitgelegd.
Na afloop werden de gele hesjes in de tas gedaan en ging ieder zijns weegs, uitwaaierend over onze stad. Natuurlijk zal geen politicus wakker liggen van honderd mannen en vrouwen die op vriendelijke wijze de wind trotseerden om hun ongenoegen te uitten. Maar meelopen geeft wel het gevoel in ieder geval iets gedaan te hebben. Een vonk veroorzaken, die misschien ooit een vlammetje wordt dat de boel ontsteekt, zodat we eindelijk een regering krijgen, die gaat werken aan de bestuurlijke participatie van de burgers. Die mensen die protesteren niet als lastig, maar positief beschouwt en die werk gaat maken van het grondige onderhoud waar ons politieke systeem zo aan toe is.
Volgende week lopen ze weer over de brug, de stadgenoten die serieus willen worden genomen en die willen dat naar hen geluisterd wordt; ook als er geen verkiezingen zijn.