Oudere Rotterdammers herinneren zich als de dag van gisteren hoe zij als kinderen onbevangen op straat speelden, argeloos de buitendeur openden als er werd aangebeld, diezelfde deur daarna onbeschroomd open lieten staan en zich geen moment onveilig voelden. ‘Het touwtje uit de brievenbus’ van Terlouw staat symbool voor die sociale cohesie die er was in de wijken.
Dat was de jeugd van de huidige oudere Rotterdammer.
Natuurlijk straatruzies zijn van alle tijden, maar in mijn jeugd waren die altijd één tegen één en een dikke lip was het ergste wat je eraan over kon houden, of een stevig blauw oog. Verdere schades buiten een pak rammel van je vader omdat je gevochten had, waren ondenkbaar.
Nu zijn die vuisten messen en pistolen geworden en vermoorden ze elkaar.
Op straat had vooral de agent aanzien. Op school had de leraar het voor het zeggen en thuis was de ouder de baas. De mannelijke babyboomers hebben de dienstplicht nog meegemaakt. Daar golden zware regels en die overtreden bekocht met je met stevige sancties. Dus wie in het weekend thuis wilde zijn was doordeweeks in de kazerne mak als een lammetje.
Overal sprak men met twee woorden. Brutale kinderen kregen thuis een draai om hun oren. Leraren waren trouwens ook niet vies van een mep. En berg je maar als je van school werd gestuurd, dan stond er thuis nog heel wat straf extra te wachten.
Nu praat een leraar met meel in de mond en durft zelfs geen schijnbeweging meer te maken. En ook ouders bestraffen niet meer met een klap maar praten zich de blaren in de mond.
Dienstplicht bestaat niet meer. In de metro en tram staan weinig jongeren hun zitplaats nog af. Op huizen zitten extra sloten. Straten hebben camera’s en weinig ouderen die nog de moed hebben om ’s avonds over straat te gaan.
Bar en boos
Vroeger was pertinent niet alles beter maar zoals het er nu aan toegaat is echt bar en boos. Ouderen worden tegenwoordig beroofd waar ze bijstaan. Spontaan de huisdeur openen kan niet meer. Pinnen is tricky. Wie commentaar levert, loopt de kans bedreigd te worden.
En wat doen we eraan in Rotterdam? Hoe gaan we de sociale samenhang en controle in wijken weer terugbrengen? Blijven roepen dat privacy boven veiligheid gaat en de veiligheidscamera’s blijven richten op afvalbakken in plaats van op de straat werkt echt niet. Roepen dat de politie mankracht te kort komt en ondertussen als stadsbestuur al drie-en-een-half jaar lang bakken met geld uitgeven aan het ontwikkelen van megalomane bouwprojecten en glossy onderzoeken.
En ook ik wil gezond kunnen ademen in de stad. Ja, ik fiets ook en sinds ik een E-bike heb graag zelfs. Vele kilometers leg ik af en hoe meer groen des te liever. Minder auto’s in het centrum? Ik ben tegen leeftijdsdiscriminatie maar wat mij betreft mogen alleen ouderen met een leeftijdsvergunning en mindervaliden het centrum nog binnenrijden. Maar al dat soort ambities mag niet ten koste gaan van de veiligheid voor ouderen (en in het verlengde daarvan voor iedere Rotterdammer). Dat behoort ten alle tijden prioriteit nummer één te zijn.
Dan maar één windmolen minder.
Dus als zoveel jonge Rotterdammers geen werk kunnen vinden, gaan lopen lummelen op straat en daardoor een groot deel van hen voor galg en rad dreigt op te groeien, help ze dan met subsidie aan een verantwoordelijke hulpbaan bij de politie. Laat ze maar sociale dienstplicht doen bij verzorgingstehuizen, ziekenhuizen en in gevangenissen. Frits Bolkestein riep het dertig jaar geleden al.