Eén van de moeilijkste vragen die ik mijn leerlingen bij staatsinrichting kon stellen was: Wat doet de provincie?
Nu waren mijn leerlingen niet de enigen, want als ik nu naar de site van de provincie Zuid Holland ga, lees ik onderstaande:
Wat doen Provinciale Staten?
Provinciale Staten hebben drie hoofdtaken:
1 - Ze stellen de hoofdlijnen vast van het provinciale beleid.
2 - Ze controleren of Gedeputeerde Staten (het dagelijks bestuur) het beleid goed uitvoert.
3 - Ze zijn volksvertegenwoordiger.
Kortom Provinciale Staten doen wat Provinciale Staten doen. Duidelijk toch?
Wat doen de Gedeputeerden (soort wethouders) eigenlijk? Volgens de site?
Gedeputeerde Staten werken tussen 2015 en 2019 aan een betere bereikbaarheid van Zuid-Holland, schonere energie, een nieuwe kennisintensieve economie, slimmer gebruik van de beschikbare ruimte en een groene omgeving.
Hoera, en daar hebben we zes goed betaalde bestuurders voor nodig? Alles dat ze doen, wordt al gedaan door gemeenten en het Rijk. Soms bemiddelt de provincie bij conflicten tussen gemeenten, maar als één van de gemeenten het niet eens is met de uitspraak (altijd!) kan ze in beroep gaan bij de Raad van State. Ga daar als gemeente dus direct heen, zou ik zeggen.
Toen ik - gekozen als lid voor Leefbaar Zuid Holland - op de vijfde vergadering van Provinciale Staten kwam, bleek de voorzitter afwezig. De vergadering werd door een ander geleid en ik vroeg waar de commissaris was? Die heeft overleg met de minister was het antwoord. “Sorry, maar slechts één woensdag in de maand is er vergadering, dan kan de commissaris die bijeenkomst toch verzetten?”
Een deel van mijn collega’s begon te lachen over zoveel onbenulligheid. Geïrriteerd vervolgde ik: “Hij kan toch tegen de minister zeggen: ik vergader slechts één keer in de maand op woensdagochtend, dus die dag kan ik niet?”
Nee, dat zag ik volkomen verkeerd. Dat kon niet. De minister was belangrijker dan de vergadering van de Staten!
Zo, dan weet je als statenlid waar je staat.
Toen ik begon als statenlid vertelde ik gekomen te zijn om de overbodigheid van Provinciale Staten te onderzoeken. Al een jaar later vertelde ik de volgende drie jaar eigenlijk niet nodig te hebben en sloot me aan bij de grootste partij om subsidie voor een in mijn ogen belangrijk project te regelen. Die subsidie had ook gegeven kunnen worden door een ministerie overigens.
Als de provincie nut heeft, dan is dat om aankomende politici een oefen- c.q. stageplek te geven of om politici, die het net niet gehaald hebben, toch nog te belonen. Het kartel maakt er heel graag gebruik van, maar of het nuttig is?
Jan Fransen, voormalig commissaris van de (toen nog) Koningin, sprak me eens aan in de kantine van het Provinciehuis. Hij refereerde aan een artikel over hem in het weekblad Nieuwe Revu, waarin hij en zijn vele – ook betaalde - bijbanen gehekeld werden. Ook mij was een mening gevraagd en ik had gewezen op het feit, dat een taak van de Provincie het beheren van de waterwegen is. “Jij hebt me nog het meest sympathiek omschreven, Ronald”
Ik kon het me niet meer herinneren dus ik vroeg: ”Wat heb ik dan gezegd ?
Lachend zei hij: “De commissaris is de best betaalde bruggenwachter van Nederland!”