Dit land moet veel aan regelgeving verdragen. Ook de verplichting dat een wethouder woont in de stad waar hij wethouder is. Het is een middeleeuwse afspraak die af en toe opboert als politieke partijen elkaar niet meer kunnen luchten of zien. Meestal vlak voor de verkiezingen.

Nee ik ben niet geheel achterlijk, dus als een Rotterdamse wethouder in Goes woont snap ik dat hij op de Coolsingel niks te zoeken heeft, maar als een vrijgezelle mannelijke wethouder elke avond naar Goes zou rijden om er te vozen is er geen haan die er naar kraait. Alleen tussen zijn benen de zijne. Of het moet zo zijn dat er een dikke staatsruif-BMW gebruikt wordt voor het transport. Maar zelfs dan is er pas een probleem als een matennaaier het op je gemunt heeft.

Johan Derksen, Kees Jansma en ik hebben veertig jaar terug wel eens in een gezellig Frans dorpje een hotelletje gepakt, waarvan de burgemeester de eigenaar was. Hij woonde er boven, met uitzicht op een mooi glooiend landschap dat ons aanspoorde om iets langer van huis weg te zijn. We waren jong en logeerden de nacht erop zestig kilometer verder in een ander dorp. Aan de bar zat dezelfde burgemeester. Hij had die functie daar óók en sliep bij z’n maîtresse. Ik bedoel maar: je kan in Rotterdam het zeikstralen ook opvoeren tot het niveau van geheime staatspolitie.

Bouwwethouder Bas Kurvers woont in Sliedrecht. Die man heeft er een gezin met jonge kinderen. Voor veel te veel weggegooid geld heeft hij een flatje in IJsselmonde moeten huren om aan kinnessine te ontkomen. Blijkt niet genoeg, want nu zitten ze weer in z’n rittenadministratie te vlooien. Ik moet op het stadhuis terug naar de tijd van raadslid Manuel Kneepkens om de perversheid van de lokale politiek weer helder in beeld te krijgen.

De gemeentewet is van 1851. Zou de samensteller toen één moment hebben gedacht dat we in 2021 de stad Rotterdam digitaal zouden besturen? We hebben hier vier éénmansfracties. Als Vonk van de CU-SGP inlogt vanuit Staphorst of we zien Meeuwissen van de PVV van boven in een keurig overhemd, terwijl ie van onderen in z’n blote kont in Thailand zit, geen kijker die het merkt. Niemand die nog verlangen heeft naar de Middeleeuwen.  

Even zo goed circuleert er aan de Coolsingel in 2021 een enorm intellectueel vraagstuk uit de tijd dat de betovergrootouders van de meeste huidige raadsleden zo godsgruwelijk ver van Rotterdam afwoonden dat ze er geen idee van hadden waar die stad zich bevond en hoe ze er moesten komen. De Kurvers-familie woonde toen al in het zelfstandige Graafschap Charlois.

Veel Rotterdamser kan je ze tegenwoordig niet krijgen. Meer zeg ik niet.