door Jan D. Swart
De regionale GGD-cijfers over het verloop van het coronavirus in vijftien Rijnmond-gemeenten (inclusief Goeree Overflakkee, waar in maart tijdens een kerkdienst een grote brandhaard ontstond en exclusief De Hoeksewaard die onder de GGD-Dordrecht valt) zijn na zes en van de zeven dagen – want we meten per week – zó gunstig dat het bijna onwerkelijk is en gevreesd wordt voor een vervelende slotnacalculatie op vrijdag. Om het enthousiasme reëel te temperen: ook vorige week werd op de laatste weekdag een grote doorbraak (qua gemiddelde) onderuit gehaald.
Vandaag heeft de stad Rotterdam (op één dag na) een weekmoyenne van +27,3 nieuwe besmettingen. Dat is, hoewel pijnlijk voor de actueel getroffen inwoners van Rotterdam-Rijnmond, een briljante progressie. Vorige week telden we nog: 48,5 nieuwe geteste weekinfecties.
Binnen de 15 gemeenten van de GGD in Rotterdam-Rijnmond heeft de stad Rotterdam een status aparte vanwege de hoge cijfers, die zijn te herleiden naar het aantal ziekenhuizen en testaccommodaties voor de zorgmedewerkers. Andere kleinere gemeenten hebben daar geen hinder van. Het beeld van het verloop wordt daarmee regionaal wel scheef getrokken. De buurgemeenten doen het namelijk nog beter met slechts 17 positief geteste mensen in één etmaal over de resterende 14 gemeenten waaronder grote steden als Schiedam en Vlaardingen.
Met uitzondering van Vlaardingen (dat met 13 nieuwe infecties in zes dagen in vergelijking met vorige week niks te klagen heeft) is er overal daling van nieuwe besmettingen en daarmee daling van angst.